Vroeger moest je als ondernemer aan je naamsbekendheid werken. Want als mensen je merk en je product onthielden, dan zouden ze aan je denken op het moment dat ze behoefte aan dat product hadden. Het brein van de consument was een soort biologische zoekmachine die resultaten uitspuwde op het moment dat een behoefte voelbaar werd. Er werd dan ook flink geïnvesteerd in deze ‘biologische ranking’.
Tegenwoordig hoeft dat niet meer. Ons brein heeft ter vervanging een nieuw merk waaraan het denkt op het moment dat het de behoefte voel aan bevrediging van een behoefte: Google. De zoekmachine heeft de zoektaak van onze hersens bijna volledig overgenomen en doet het eigenlijk prima. Jij zoekt, wij vinden. Hoera dus voor internet. Hoera voor SEO. Maar vooral: hoera voor het MKB.
Er is geen ontwikkeling in de communicatie zo bevrijdend geweest voor het MKB als de opkomst van het internet in het algemeen en zoekmachines in het bijzonder. Want topposities in de ‘biologische ranking’ van ons consumentenbrein waren geen haalbare kaart voor een hardwerkende hovenier, aannemer of administrateur. Die kostten namelijk tonnen aan mediadruk. Soms zelfs miljoenen.
Het grootste deel daarvan was trouwens weggegooid geld. Waste noemden we dat: verspilling. Oorzaken? Je kon de doelgroep niet specifiek genoeg targetten in je media waardoor je duur ingekochte boodschap bij de verkeerde consument terecht kwam. Of hij kwam wel bij de goede consument, maar op het verkeerde moment.
De magie van search zit hem dan ook in de toegenomen efficiëntie van communicatie. En relevantie is daarbij de sleutel. Relevantie van aanbod, en relevantie in tijd. Beide geborgd door het feit dat de consument zelf de zoekopdracht geeft en daarmee om de communicatie vraagt. Het gevolg? Minder waste, lagere budgetten en meer mogelijkheden voor het MKB.
|